Véronique Pauwels
Leerkracht tweede leerjaar
Bespreking(en) door Véronique Pauwels
Maxi van Fluks start haar betovering al vanaf de cover. Wat een prachtige illustratie hebben ze gebruikt. De verbazing van Paula als ze de ondeugende Maxi aan haar vinger ziet bengelen. Die kleuren, die emoties die daarvan spatten is echt onbeschrijfelijk.
Ook binnenin weet Max Meinzold je te boeien met zijn prachtige, kleurrijke illustraties. Je start en eindigt zelfs met een tweepagina tekening die je meteen de setting weergeeft waar het verhaal zich afspeelt. Je voelt de connectie tussen schrijver en illustrator, maar ook de lezer kan hier van meegenieten. Want een samenwerking die heel goed klikt, is voelbaar op elke bladzijde. Het is ook die klik die je verder betovert en meeneemt in dit fantasierijke verhaal.
In elf korte hoofdstukken word je meegesleurd in het nieuwe avontuurlijke verhaal van Paula en Maxi. Pagina’s gevuld met heel veel humor en magie. Bladzijden die je ook laten nadenken bij bepaalde situaties. Hoe zou jij reageren? Snap jij wat juist is en wat je beter niet doet? Bladzijden waar je door de beschrijvende schrijfstijl van Anna gewoon door het verhaal vliegt. En toch is er nog plaats voor je eigen fantasie. Met een veel te snel einde, waarbij je zelfs een beetje zou gaan hopen, dat ze verder deugnieterij zou uitspoken zodat Maxi niet zo snel terug zou moeten naar haar vertrouwde omgeving. Ondertussen is ook deel 2 in onze boekwinkels te vinden. Ik kan dit alleen maar toejuichen. Want ook bij de kinderen in mijn klas en bij mij zit Maxi reeds in ons hart.
Stinkhond is een straathond. Hij is niet de mooiste, ruikt niet lekker, is niet erg slim, maar is wel de liefste hond met een hart van goud. Hij zou dolgraag naar school gaan en leren lezen. Hij wil zijn uiterste best doen in de klas, niet alleen voor de juf, maar ook voor zijn beste vriend, Plattekat. Jammergenoeg vindt niet iedereen het leuk dat Stinkhond naar deze school gaat of in hun klas zit. Wordt dit een fiasco? Is er dan geen enkele hond die zijn vriend wil zijn? Of zien ze uiteindelijk toch nog in welke lieve hond Stinkhond is?
Ik vind het altijd heel leuk als men bij kinderboeken aandacht besteed aan covers en herkenbaarheid naar kinderen toe. Als kinderen een verhaal leuk vinden, gaan ze sneller de ganse reeks gaan opzoeken. En als die reeks dan gemakkelijk terug te vinden is, is dit altijd heel mooi meegenomen. Bij de uitgeverij hebben ze gekozen om in te zetten op de kleur van de ruggen van de verschillende verhalen. Die hebben allemaal een andere kleur, maar met Stinkhond erop geschreven in een ander gekozen lettertype dan de rest van de titel. Voor de cover zelf heeft men gekozen voor een eenvoudige witte achtergrond maar een mooie tekening die de titel helemaal weergeeft. Stinkhond gaat naar school is het tweede verhaal in de reeks van Stinkhond, maar cijfertjes die kan je niet terugvinden op de hardcover. Binnenin krijg je wel een sneekpeak naar de andere covers van de serie.
Het verhaal zelf begint met een schets van Stinkhond. Hierdoor kan je het boek ook losstaand lezen, maar geef nu toe, je begint toch altijd het liefst met nummer 1 in de reeks. Stinkhond zoekt een baasje is de titel van die eerste. Als je dan verder leest, begint het verhaal best heftig. Stinkhond wordt van zodra hij in de school aankomt, best gemeen behandeld. Niet alleen door zijn medeleerlingen, maar ook zijn juf behandelt hem niet zoals het zo moeten. ( Als juf kan ik me daar wel boos om maken) Maar zo hevig kunnen kinderen ook zijn, naar medeleerlingen toe. Als je dit verhaal gaat voorlezen, lok je best die reacties uit om aan te tonen dat dit niet okè is en neem je best ook de tijd om in interactie te gaan met de kinderen. Dus voor mij helemaal inzetbaar voor leerkrachten tijdens het werken rond pesten en plagen. Deze felle reacties van de andere honden worden dan steeds afgewisseld met de onschuldige respons van Stinkhond zelf. Met als gevolg, heel wat grappige situaties.
Voorlezen, met 2 of alleen lezen, is natuurlijk afhankelijk van de leeftijd en de leeservaring dat de kinderen hebben. Maar je kan het allemaal. Telkens weer in je achterhoofd dat je samen met de kinderen moet reflecteren om het verhaal te ontleden. Een gemeen, grappig, fantasierijk verhaal maar met een leerzaam kantje.
Een prachtige groene kaft waar 2 meisjes op afgebeeld staan. Duidelijk allebei uit een ander tijdperk. Ik laat me meestal niet verleiden door het lezen van de achterflap en laat het verhaal gewoon binnenkomen. Gewoon kon ik het echter helemaal niet noemen. Ik ben doorheen het verhaal gevlogen. De schrijfstijl van Joke Reijnders is gewoonweg heel verslavend. Ze brengt het verhaal op de Lindeheuvel heel natuurlijk over. Niks luguber, maar met zoveel passie dat maakt dat je wil doorlezen.
Wat als ik de achterflap wel had gelezen? Dan kwam ik te weten dat de Lindeheuvel een begraafplaats is. Waar Cornelia, die gestorven is in 1891, kennis maakt met de pas gestorven 11 jarige Olivia uit onze tijd. Cornelia die bijna een eeuw moest wachten tot er een leeftijdsgenootje bij hen op de heuvel kwam wonen, besluit dat Olivia en zij zeker vriendinnen moeten worden. Maar Olivia is helemaal niet blij om daar te zijn en daar heeft ze ook haar redenen voor. Zij doet alles wat ze kan om het de anderen niet gemakkelijk te maken. Iedereen gaat Cornelia helpen om het verdriet en het geheim van Olivia een plaatsje te geven.
Het verhaal is geschreven vanuit Cornelia haar oogpunt. Voor kinderen is het gemakkelijker om vanuit iemands standpunt mee te gaan in het verhaal. De wil om vrienden te worden is zodanig omschreven dat je als lezers boos wordt als Olivia hier niet direct op ingaat. Je voelt als lezer ook de drang om hulp te bieden. Ik vind de impuls om mee te gaan in het verhaal heel sterk aanwezig. Ondanks dat de materie zwaar is, worden serieuze en grappige episodes met elkaar afgewisseld. Wat je gewoon nog sneller doorheen de bladzijden leidt.
Sterven is altijd moeilijk om met kinderen over te praten. Zeker als het kinderen zijn die vroegtijdig komen te overlijden. Vooral omdat kinderen op die leeftijd horen te spelen, plezier te maken, deugnieterij uit te steken, en ook ruzie moeten maken. Een boek kan dan altijd een groot hulpmiddel zijn om dit thema aan te snijden en bespreekbaar te maken. Niet alleen sterven staat hier als thema … , maar ook het vertellen van geheimen, hulp aanbieden en hulp krijgen en aanvaarden. Alsook vriendschap die die soms onmogelijk lijkt maar toch tot stand kan komen tussen 2 tegenpolen.
Voor mij een van de mooiste boeken die ik dit jaar las.
Op een dag brengt de papa van Nina die postbode is een brief mee naar huis omdat hij geadresseerd is aan “Het ministerie van oplossingen. Er staat geen plaatsnaam bij en hij weet dan ook niet waar hij hem moet afgeven. Nieuwsgierig en aangetrokken door de brief, neemt Nina hem uit de tas en gaat ze hem op haar kamer stiekem lezen. De brief is van Ruben waarin hij vertelt dat hij gepest wordt en of het ministerie van Oplossingen hem kan helpen. Nina beslist om samen met haar vriendin Alfa zich over Ruben te ontfermen. Wat ze niet weet, is dat vanaf dan alles een hele andere wending zal nemen.
29 maart 2019 las ik de eerste keer dit prachtige boek van Sanne Rooseboom. Ik schreef nog geen recensies maar was toen al helemaal in de ban van het verhaal. Ik had hem doorgegeven aan mijn dochter en tot op heden ligt hij nog steeds bij haar in de klas samen met de vervolgboeken van deze reeks.
Ik heb als ambassadeur voor “De leukste kinderboeken” het boek herlezen en ik kan mijn besluiten van toen alleen maar beamen. Dit is een heel mooi, origineel boek. Het idee om mensen in het geheim te gaan helpen is een heel dankbaar thema. Na het lezen van het boek zullen sommige kinderen met het idee komen om een eigen ministerie te gaan opstarten. Ook in een klasgroep is dit boek een dankbare instap naar heel wat verschillende onderwerpen, zoals : pesten, sociale media, uiterlijk, racisme, blind zijn, ouderen … De kinderen in het verhaal zijn heel mooi bij elkaar gekozen. De vriendschap die tussen hen ontstaat zou misschien zonder die brief nooit tot stand gekomen zijn. De genegenheid tussen de kinderen en mevrouw Vis (een van de eerste oprichters van het Ministerie van Oplossingen) is ook zo mooi in beeld gebracht.
De illustraties zijn het werk van Mark Janssens. De cover heeft heel aangename rustige kleuren. De ramen staan open en het werkt dan ook heel uitnodigend om die hardcover om te slaan. Binnenin zijn de illustraties in het zwart-wit. Ze zijn niet overweldigend maar heel gedetailleerd en zijn een mooie bijdrage aan de hoofdstukken die volgen.
Het verhaal is heel vlot geschreven. De hoofdstukken zijn niet te lang en maken je iedere keer weer nieuwsgierig en doen je gewoon verder lezen. Ik blijf fan. Dit boek is al toe aan zijn 17e druk, dus velen zijn het dan ook eens met mij!